Hij noemde het: 'Bos van de Libanon'. Het was 100 el (45 m) lang, 50 el (22,50 m) breed en 30 el (13,50 m) hoog. De grote dakbalken waren van cederhout. Ze lagen op vier rijen pilaren van cederhout die langs de muren stonden.
Het paleis kreeg de naam ‘Woud van Libanon.’ Het was 45 meter lang, 22,5 meter breed en 13,5 meter hoog. De grote cederhouten dakbalken rustten op vier rijen van cederhouten pilaren.